Wat zoek je in de Digitale Collectie Zeeland?

Inhoud brief

Bordeaux RP-F-2001-7-1540-27De haven van Bordeaux, ca. 1840, prent door Friedrich Salathé, collectie Rijksmuseum Amsterdam, RP-F-2001-7-1540-27. 18 juli 1666: Cornelis Woutersen, zoon van Wouter Dircksenszoon, deelt zijn vader en moeder mee dat hij God dankbaar is nog ‘kloek endt gesondt’ te zijn en hoopt dat het ook met zijn ouders goed gaat.
Zij zijn klaar voor vertrek uit Bordeaux en hopen de eerste augustus 1666 thuis te komen, met Gods hulp. Cornelis brengt zijn vader en moeder de groeten en goede wensen over en vraagt of zij tevens zijn zus Trijntje en de goede buren de groeten willen overbrengen.

Adres
De Blauwedijk in Middelburg bestaat nog, maar ligt thans (door de aanleg van het Kanaal door Walcheren in 1859) veel zuidelijker, direct aan het kanaal. De oude Blauwedijk lag waar thans een gedeelte van de Kousteensedijk ligt. Achter de ZB dus. Omdat in de aanduiding staat dat Wouter Dircksen in de Tijmen Jansensgang nabij de Goese Korenmarkt woonde, kunnen we hieruit opmaken dat het gezin in de buurt van de huidige Stationsstraat zal hebben gewoond.

De Tweede Engelse Oorlog (1665-1667)
Strenge scheepvaartwetten van de Britten, die onder meer export van Britse goederen naar niet-Britse landen door buitenlanders verboden, lagen ten grondslag aan de oorlog tussen de Republiek en Groot-Brittannië. Ook constante conflicten in de koloniale gebieden vormden hiervoor de aanleiding. Zo veroverden de Britten in 1664 Curaçao en Nieuw-Amsterdam en werden door Robert Holmes Nederlandse forten op de Afrikaanse kust ingenomen. De Ruyter, die op strafexpeditie naar Afrika en West-Indië werd gestuurd, heroverde deze forten weer. Een door de Staten-Generaal in oorlog geïnitieerde actie die tegenwoordig nogal eens volstrekt buiten de context wordt uitgelegd als zou De Ruyter hiermee bewust de slavenhandel en slavernij in stand gehouden hebben.
De oorlog werd vooral ter zee uitgevochten. De Britten namen 522 Nederlandse koopvaardijschepen buit. Tijdens deze oorlog zat het de Britten niet mee. In 1665 brak de pest uit in Londen en op 12 september 1666 woedde een grote brand in de stad. De eerste zeeslag, die van 13 juni 1665 in de Slag bij Lowestoft werd nog gewonnen door de Britten, maar in de Vierdaagse Zeeslag (11-14 juni 1666) trokken de Nederlanders aan het kortste eind. De Tweedaagse Zeeslag (4 augustus 1666) was wederom een overwinning voor de Britten, waarna Terschelling in de as werd gelegd. Raadpensionaris Johan de Witt revancheerde zich met een plan om de thuisbasis van de Engelse vloot aan te vallen. Tussen 19 en 24 juni 1667 voer een vloot onder De Ruyter de Thames op en vernietigde bij Chatham drie kapitale en tien andere oorlogsschepen en nam het vlaggenschip HMS Royal Charles op sleeptouw als buit mee naar de Republiek. Op 31 juli 1667 werd de Vrede van Breda gesloten tussen beide mogendheden.

Literatuur
*J.R. Bruijn, The Dutch Navy of the seventeenth- and eighteenth centuries (Columbia (South Carolina), 1993). 
*Gijs Rommelse, The Second Anglo-Dutch War (1665-1667). Raison d’état, mercantilism and maritime strife (Hilversum, 2006).
*A. Doedens, Liek Mulder, Nederlands-Engelse oorlogen. Door een zee van bloed in de Gouden Eeuw, 1652-1674 (Zutphen, 2016).


Bij deze context horen de volgende brieven: