De handelsagenten Verschuur en Schmalz en Matthijs Kerkhoff berichten voor kiesheer en handelaar Joost Noose over een pover resultaat (St. Eustatius, 6 januari - 1 februari 1781)
Jan Willemsen van Sollen laat zijn vrouw Teuntje Jacobs in Vlissingen weten dat hij genoeg suiker heeft geoogst maar onvoldoende vaten heeft (13 januari 1672)
Abraham de Codin correspondeert vanuit Essequebo met de Directie van de MCC over de aankomst van slavenschepen en lopende processen (15 augustus – 18 september 1780)
Chirurgijn Johan Simon sr. komt van alles tekort in Suriname en vraagt collega apotheker Jacobus van der Hoeve in Vlissingen om medicamenten (11 januari 1672)
‘Gisteren, den 8, sijn hier 3 neger gegeesselt.’ Bastiaen Ketelaer beschrijft een gruwelijke mishandeling op de Surinaamse plantage waar hij net is aangekomen (9 januari 1672).
‘Datter mijn best toe doen sal om hem van alles satisfactie te doen.’ Jan van Ruijven belooft Veerenaar kapitein Daniël Thijsen Jansen zoveel mogelijk geld uit openstaande schulden te innen (29 december 1671)
De Vlissingse Maddeleenke Thijssen vraagt haar vriend Jan Jansen Pul ten huwelijk, terwijl hij in West-Indië verblijft (16 september 1664)
Van Ruijven begrijpt de vestzak-broekzak transacties met suiker uit Suriname van Adriaen Tandt uit Vlissingen niet (6 december 1671)
‘…het prijckeloos is om tuijs te coomen van ghenoomen te woorden.’ David Lissevin wil zijn vrouw Janneten graag weer zien maar vreest bij het reizen de oorlog met de Engelsen (december 1664).