Wat zoek je in de Digitale Collectie Zeeland?

RP P 1920 2671AZeeslag tijdens de Tweede Engelse Oorlog, prent Wenceslaus Hollar, 1666, Collectie Rijksmuseum Amsterdam, RP-P-1920-2671(A) Samenvatting inhoud brieven
Susanna Vaens, die weduwe is van Pieter Snijers schrijft op 4 april 1664 aan haar zwager Adolf Seijs die zich met ’s lands schip Walcheren voor de kust van Guinea bevindt. Ze meldt dat alle familieleden nog in goede gezondheid verkeren en hoopt dat hij tot God zal bidden. Daartoe haalt ze de bijbelboeken David, Daniël en Nehemia aan, waaruit enkele passages volgen. Het verblijf aan de Afrikaanse kust zou volgens Susanna juist goed zijn om God het meest te verheerlijken. Net als de apostel Paulus deed is het het beste om dagelijks tot God te bidden. Ze hoopt dat hij haar boodschap in liefde wil ontvangen, want ‘het is in liefde aen u l[ieve] geschreven’ Hoewel voor familie het begrip 'u lieve' niet ongewoon is, lijkt het haast of deze weduwe meer dan gewone genegenheid voelt voor haar zwager.

Uit de inhoud van beide brieven blijkt dat ze waarschijnlijk door een professioneel briefschrijver zijn opgesteld. Het handschrift van beide brieven is namelijk identiek, al worden in de brief van Maria meer dialectwoorden gehanteerd. Aangezien de brief van Susanna in veel beter Nederlands is geschreven lijkt het er op dat de briefschrijver het taalgebruik vrij conscientieus heeft aangepast aan zijn opdrachtgeefsters.

In de brief van Maria Vaens, de vrouw van Adolf Seijs zegt zij eveneens dat de familie nog in goede gezondheid verkeert, maar lijkt ze te refereren naar de pestepidemie die in 1663/64 in Amsterdam heerste. Ook Maria roept haar man op zo godvruchtig mogelijk te leven: 'Wandel gelick als Abram in een vremt lant gewandelt heeft.' De vrienden van zijn overleden broer Daniël verzoeken om een lastgeving voor het betalen van de rekening die Adolf Seijs bij zich heeft. Verder meldt Maria wat nieuws. Zo is de heer van Peere bewindhebber van de VOC geworden, en dreigt er weer oorlog met de Engelsen. Janneke Janis is gestorven op de dag dat Adolf uitvoer. Maria wenst Adolf en de officieren aan boord honderdduizend goede nachten en zegt hem heel erg te missen, maar te verwachten dat God hem zal bewaren.

Literatuur
*J.R. Bruijn, The Dutch Navy of the seventeenth- and eighteenth centuries (Columbia (South Carolina), 1993). 
*Gijs Rommelse, The Second Anglo-Dutch War (1665-1667). Raison d’état, mercantilism and maritime strife (Hilversum, 2006).
*A. Doedens, Liek Mulder, Nederlands-Engelse oorlogen. Door een zee van bloed in de Gouden Eeuw, 1652-1674 (Zutphen, 2016).

Noten


Bij deze context horen de volgende brieven: