Wat zoek je in de Digitale Collectie Zeeland?

Inhoud akte

galjootGaljootschip, gravure. Bron: G. Groenewegen, Verzameling van vier en tachtig stuks Hollandsche schepen (Rotterdam, 1789)Deze aktes bestaan uit een dagvaarding en een proces-verbaal dat de machtiging tot dagvaarden behelst.
Het proces-verbaal betreft het in Middelburg onder ede horen van getuigen ten dienste van een proces over het galjootschip De Gulde Vrijheijt (schipper Andries Barends), dat aanhangig is bij het High Court of Admiralty in Londen.
De zakelijke belanghebbenden zijn Hendrik Stoer, Pieter Meijer en Gaspar Ferro, die in Londen worden vertegenwoordigd door notaris en procureur Johannes Robertz. Laatstgenoemde heeft procureur Abraham Roos in Middelburg gemachtigd de nodige stappen voor het getuigenverhoor in het gerecht (de vierschaar) te Middelburg te zetten. Het High Court of Admiralty had op 5 oktober 1691 verzocht om een onderzoek te laten verrichten naar de neming van het Nederlandse schip door een Engels kaperschip en hiervoor een commissie in te stellen die getuigen in de zaak zocht. De drie belanghebbenden mochten op 17 oktober om vijf uur 's middags naar de herberg het Huijs van Domburgh aan de Markt komen. De vierschaar heeft als commissarissen voor het verhoor aangewezen de schepenen Johan Costenobel en Willem Veth, die worden bijgestaan door stadssecretaris Marcus della Palma de St. Fuentes. Johan Pieter Rethaan was aanwezig als advocaat en assistent van Roos.
Het verhoor zal geschieden op basis van brieven requisitoriaal van koning-stadhouder Willem III en koningin Mary, waarin onder meer is bepaald dat het verhoor moet plaats vinden in aanwezigheid van Samuel Franklyn, procureur van koning en koningin, c.q. diens gemachtigde.
Commissarissen gaan er op verzoek van procureur Roos mee akkoord dat stadbode Stoffel Kauwelier genoemde Franklyn dagvaardt om in de periode van 1 tot en met 18 december 1691 om vijf uur 's middags in de herberg het Huys van Domburg in Middelburg te verschijnen of een gemachtigde te zenden.In de dagvaarding wordt Franklyn door Kauwelier gedagvaard om in december 1691 in Middelburg te verschijnen of gemachtigde te sturen voor het verhoor van de door procureur Roos te kiezen getuigen.
De akte werd op 17 november 1691 ondertekend door de procureurs Abraham Roos, Johan Costenobel, M. Boudaen en Willem Veth.

Benoeming van Roos als advocaat door de Staten van Zeeland, ZA, Staten van Zeeland, inv.nr. 1671, fol. 36 verso.Benoeming van Roos als advocaat door de Staten van Zeeland, ZA, Staten van Zeeland, inv.nr. 1671, fol. 36 verso.
Abraham Roos en Johan Roberts
Op 16 februari 1683 wordt Abraham Roos door de Staten van Zeeland benoemd als notaris in de stad Middelburg op voordracht van de vroedschap van de stad.[1]

Werkzaamheden High Court of Admiralty
Opmerkelijk is dat koning-stadhouder Willem III in de akte koning van zowel Engeland, Schotland als Ierland en Frankrijk wordt genoemd. Van Frankrijk was hij zeker geen koning, ook was er geen bezettingsmacht al waren beide landen wel met elkaar in oorlog en vocht Willem III op dat moment tegen zijn schoonvader Jacobus II om Ierland. Na de kroning van Willem III tot koning van Engeland in november 1688 had de Republiek een alliantie met Engeland gesloten. Dat betekende dat een commissievaarder die een schip uit een van beide landen opbracht moest kunnen bewijzen dat het hier om smokkel ging, aangezien er anders sprake was van het aanhouden van een schip van een bevriende natie. De uitkomst van het proces kon dan ook betekenen dat de Engelse kaper zijn commissiebrief verloor, of erger nog een straf opgelegd kreeg. Aangezien Engeland en de Republiek een alliantie hadden is het vreemd dat deze notariële akte opduikt in de 'prize papers.' Het meest voor de hand liggende is dat deze papieren aan boord waren van een geallieerd schip dat door Franse kapers werd buitgenomen, maar op zee weer werd hernomen door een Britse kaper. Vervolgens werden alle aan boord aanwezige papieren in beslag genomen.

Aanduidingen van Middelburgse personen en zaken
HuysvanDomburgHuis Domburg op de Markt in Middelburg (anno 1651), Tekening J.J. Worrell, bron: Middelburg DronkMeeMMeermaals wordt in de verklaringen de herberg Huijs van Domburgh genoemd. Deze was gesitueerd in pand I 352 (later nr. 29) en was van zeker 1691 tot 1862 gesitueerd op de hoek van de Markt met de Korte Gortstraat.[2] Het was de opvolger van Het Zwarte Leeuwken,[3] en een voorloper van Het Wapen van Rotterdam en Het Wapen van Zeeland. Vanaf 17 juni 1666 werd de herberg door François Scheffers gehuurd.

Literatuur
*Johan Francke, Utiliteyt voor de gemeene saake. De Zeeuwse commissievaart en haar achterban tijdens de Negenjarige Oorlog, 1688-1697. Deel 1 (Middelburg, 2001).

Noten

  1. ZA, Staten van Zeeland, inv.nr. 1671, fol. 36 verso, 16 februari 1683.
  2. Middelburg Dronk - Huijs Domburgh
  3. Middelburg Dronk - Het Zwarte Leeuwken
    
 

Bij deze context horen de volgende brieven